Zihni Özdil, een eminent voorbeeld van een denker wiens intellectuele capaciteiten net een streepje te uitmuntend bleken om de gevierde status van ‘bekende Nederlander’ te bereiken. Zo’n heertje danst een delicate dans van ‘de Joop’ naar ‘de Elsevier’, alwaar hij de rest van zijn aardse dagen slijt met het pennenvruchten produceren van toenemend fletse aard.
Zouden er echt nog mensen bestaan die de Elsevier lezen? Mijn vader, de verstokte VVD-aanhanger en leraar van beroep, onderhield er een abonnement op. Een leraar die ironisch genoeg zijn stem toevertrouwde aan een partij die zijn eigen kaste leek te ondermijnen – is dat niet in wezen sociopathisch te noemen?
De sirenenzang van het platform Twitter was aan mij nooit besteed, maar is het overdreven om te stellen dat een aanzienlijke 80% van de gebruikers daar tot het sociopathische spectrum gerekend kunnen worden – gekenmerkt door een diepgeworteld patroon van respectloosheid en schending van de fundamentele rechten van de medemens? Met andere woorden, bekleed met de stralende nimbus van ‘bekendheid’, waar men de cirkel van intimi inruilt voor een menigte van volgelingen? Zou dit inderdaad kunnen wijzen op sociopathische neigingen? Ik waag me niet aan een definitief oordeel in deze.
Is het bijvoorbeeld inherent sociopathischer om de devaluatie van het nobele concept ‘vriendschap’ tot een ruilobject toe te staan, zoals de apostelen van het zogenaamde ‘sociale’ netwerk Facebook dit op een bijna meesterlijke wijze hebben weten te bewerkstelligen?
Ik denk dat je aan dat argument een hele kluif zou hebben als je het zou uitwerken. Daarom wend ik mij liever tot Yanis Varoufakis, een naam die wellicht nog een echo in onze gedachten oproept, de linkse economische filosoof die zijn naam aan de annalen van de Griekse crisis heeft toegevoegd. Hij had destijds een reeks weloverwogen opmerkingen in de aanbieding, maar ook hier ontwaar ik geen verhoogde helderheid, of zou dit eerder aan de observerende Elsevier-bril zelf liggen?
Het concept dat enkele techno-oligarchen de touwtjes van onze samenleving strak in handen houden, voelt aan als het intrappen van een open deur. Het idee om ons huidige tijdvak ‘technofeudalisme’ te noemen, klinkt echter verrassend verfrissend, bijna als een nieuwe hit op de radio. Dit label schildert een authentieker beeld van de huidige stand van zaken dan abstracties als ‘meritocratie’ of ‘oligarchie’. Met deze termen blijft er nog een flinterdunne wolk van hoop hangen, die suggereert dat ieder individu, bij de juiste kosmische samenloop, tot deze machtsposities kan opklimmen.
Technofeudalisme. En zoals elke feodale heer die zijn kasteel voorziet van een griezelige kerker, zou zo’n techno-overlord ongetwijfeld ook een cryptische martelkamer inrichten, die hij met een kinderlijk enigmatische benaming ‘X’ zou sieren. Welkom in ‘X’!
Je hart gaat uit naar de politici die al drie decennia gevangen zitten in deze egocentrische volgelingen-valstrik. En wat te denken van de docenten Nederlands, die reeds getooid met hun schare volgelingen, nu op Mastodon eindeloos tegen zichzelf prevelen. Weet je nog, die principiële mensen die alleen maar ‘ECHTE’ volgelingen wilden vergaren?
Wat een kwelling moet het zijn om eerst drie decennia van je leven te spenderen aan het verzamelen van duizenden volgelingen, om dan voor dat ellendige blauwe vinkje een tolvraag te moeten betalen aan een kinderachtige techno-tsaar… honderd euro, niet minder!
En nauwelijks heb je met tegenzin die honderd euro overgemaakt, of poef! Het vogeltje verdampt als sneeuw voor de zon. PATS BOEM, je hebt betaald aan ‘X’, aan de Broederschap van de Zwarte Hand!
Is het dan niet verleidelijk om terug te keren naar de donkere kelder van Mark ‘Ultradata’ Zuckerberg? Om je plek in te nemen in het creatieve getto, waar ze alle creatieve geesten hebben weggestopt? Waar vriendschap tot handelswaar is verlaagd en volgelingen schaars zijn?
Goed – terug naar Varoufakis. De man schrijft werkelijk alleraardigste boeken – zou je een autoriteit op links zoeken, dan is hij het soort treinstation dat net-wat-te-vertrouwd aanvoelt. Hij poogt wel om een utopie te formuleren – en kleurt daarin vrij netjes binnen de lijntjes – alles blijft in het teken van geloofwaardigheid staan, zo schrijft hij bijvoorbeeld over de corona pandemie:
Voor 2020 leek politiek bijna als een spel, maar met de komst van Covid werd het duidelijk dat overheden overal over immense macht beschikten. Het virus bracht de 24-uurs avondklok, de sluiting van cafés, het verbod op het wandelen door parken, de opschorting van sport, het leegmaken van theaters, het tot zwijgen brengen van muzieklocaties. Alle ideeën van een minimale staat die rekening houdt met zijn beperkingen en graag macht overdraagt aan individuen, werden overboord gegooid.
Velen keken likkebaardend naar deze vertoning van rauwe staatsmacht. Zelfs vrije-marktbepleiters, die hun hele leven elke suggestie van zelfs de meest bescheiden verhoging van de overheidsuitgaven hadden neergesabeld, eisten een soort staatscontrole over de economie die niet meer was gezien sinds Leonid Brezjnev het Kremlin leidde. Over de hele wereld financierde de staat de loonlijsten van particuliere bedrijven, nationaliseerde nutsvoorzieningen en nam aandelen in luchtvaartmaatschappijen, autofabrikanten, zelfs banken. Vanaf de eerste week van de lockdown ontdeed de pandemie de politiek van haar vernislaag om de lompe realiteit eronder te onthullen: dat sommige mensen de macht hebben om de rest te vertellen wat te doen. (Varoufakis – Over zijn boek ‘The Other Now’, the Guardian)
Die conclusie is mij net wat te eenvoudig. Dat ‘corona’ de totalitaire basis van het technofeudalisme zichtbaar maakte is natuurlijk waar, hoewel een groep als Laibach dat al in de jaren tachtig deed, toen iedereen nog zo gehersenspoeld was dat die groep wel uit het niets leek komen. Ondertussen speelt de band voor publieksaantallen waar de Rolling Stones jaloers op zouden zijn – de zinsnede ‘voor 2020 leek politiek bijna als een spel’ is eigenlijk, als je er even over nadenkt, een bijzonder merkwaardige.
Dit is toch afkomstig van een man die een belangrijke rol speelde bij de bemiddeling in die enorm serieuze Griekenlandcrisis? Voelde dat voor hem echt als een ‘spelletje’? Dat lijkt me op zichzelf al een vrij alarmerend feit, want ik denk dat Varoufakis hier de waarheid spreekt. Ik zie precies hetzelfde fenomeen in de literatuur zelf: het is voor mensen een soort ‘spelletje’, waarbij het gaat om het vergaren van bewonderaars, volgers en acolieten lijkt. Wat men ‘literatuur’ noemt is eigenlijk als je het helder bekijkt een soort datingprogramma dat gewoon de minderbedeelden meer kans op scoren biedt dan Tinder.
Het is een hongerig spel, nooit voldaan, altijd smachtend naar meer. Elke nieuwe volger is als een vers binnengehaalde trofee, een nieuwe veer op de hoed van de dichter, de romanist of de criticus. Elk pingetje is een kistje vol bling, een shot dopamine. Och, hoe levendig zie ik weer het beeld voor me van Koenraad Goudeseune, die steen en been klaagde over het gebrek aan duimpjes bij zijn dagelijkse gedicht? Bedelen om duimpjes als intellectueel – is dat nog onderdeel van het geroemde spelletje?
Nee, waar ik dieper op in zou willen gaan is precies dat ene, markante, ja alles onthullende woordje: likkebarend. Dat is precies wat er zo verschrikkelijk storend was aan de coronatijd: dat de ‘zich links wanende’ technocratenelite, een soort VVD-light, zo overduidelijk een soort seksuele opwinding beleefde van ‘het onderdeel zijn van de geschiedenis’ en zo onverschrokken in de houding sprongen uit ‘dienstbaarheid aan het collectief’. Wie ogen in zijn hoofd had kan het geen moment ontkennen: deze mensen werden daadwerkelijk seksueel opgewonden van repressieve maatregelen, het wond hen op, het was een avontuur vergeleken bij hun ‘normale toestand’: de bullshit job.
De ambtenaren buitelden over elkaar heen in pure zingevingsvreugde – een soort moderne hyperrealistische variant op schadenfreude.
Eindelijk had het leven zin, eindelijk brak het moment aan waar ze zo lang op hadden gewacht: thuiswerken, grafiekjes maken, kaartjes inkleuren. Red Alert!
Bij de psyborg ligt het zacht-fascistische Star Trek altijd om de hoek. Het is de utopie waaruit hij handelt. Red Alert! Onder Rutte groeide het aantal ambtenaren met liefst 20% in tien jaar tijd. Twintig procent!
Dat is zeg maar zo’n beetje de hele Nederlandse productiesector! Die zijn nu allemaal ambtenaar, na 10 jaar Rutte! Allemaal de hele dag met papiertjes schuiven onder de leiding van een psychotisch-lachende cyborg, van het verouderde model Balkenende 2.0
Waarom zijn de mondkapjes nog niet in Star Trek opgedoken? Nu ik eraan denk, hoe komt het eigenlijk dat in die serie nooit iemand ziek is, en dat het toevoegen van duizenden buitenaardse werelden en rassen niet heeft geleid tot een enorme virale orgie waar de honden geen brood van lusten?
De vooruitgang?
Dat zal het zijn. In de zacht-fascistische utopie van het holodeck kan het mondkapje geen rol krijgen, het is dystopisch, het is primitief. Wij zijn te beschaafd en te geavanceerd. Zelfs de RIVM ambtenaren lieten al snel weten dat het volkomen zinloos is mondkapjes te dragen. Ze werden echter overruled. Even flikkerde het beeld van het holodeck, het leuke spelletje. Even zag je het harde aluminium legering van de realiteit.
En dat is dat de wetenschap iets is dat gewoon overruled kan worden door de vooruitgang.
Ik hoorde nog geen enkele politieke partij over een scheiding tussen wetenschap en staat. Dat zal wel te utopisch zijn voor zo’n holodeck, waar het allemaal toch voornamelijk draait om doen alsof je geloofwaardig bent voor de andere spelers van het spelletje. Wir gehen zusammen en das wird wahr
klonk het al in de jaren tachtig, wat verdorie al vijftig jaar geleden is inmiddels:
‘Es gibt ein Leben vor dem Tod’
Het is zo’n beetje het themanummer van de psyborg. Er was ooit iets anders. Er lijkt sprake te zijn van een bepaalde herinnering, een twijfel. Ja, ja, nein nein. Maar dat werd overruled door de roep van de vooruitgang. We trekken samen op, en het wordt waar.
Met vriendelijke groeten van het Genootschap van de Zwarte Hand, X!
Tijdens het Novi Rock festival in Ljubljana in 1982 verscheen frontman Tomaž Hostnik in een militair uniform en ondanks dat hij in het gezicht werd geraakt door een fles, wat ernstige verwondingen veroorzaakte, wist hij het optreden tot een einde te brengen. Echter, in december 1982, nu meer dan vijftig jaar geleden, pleegde Hostnik rituele zelfmoord door zichzelf op te hangen aan één van de krachtigste Sloveense nationale symbolen, een hooiruif, nabij zijn geboorteplaats Medvode. Laibach keurde zijn zelfmoordactie af en zette Hostnik postuum uit de groep.
Ook Martijnbenders.nl was vroeger of later zo’n lot beschoren. Dit was een tijdelijke politieke ruimte die in onze samenleving geen wezenlijk bestaansrecht had. Ik heb daarom vandaag, onder het stervende oog van de Honsdster Sirius, besloten dat ik deze webstek nog slechts als een museum zal handhaven en mijzelf zal splitsen in twee initiatieven:
Cancelbarbie.nl – een plek waar de gecancelde identiteit veilig in groepsverband kan worden gevierd
Nobelpreisfurdeutschland.de – een plek waar de duistere zijde van de ambitie op zwaar-duitse wijze ongebreideld zijn ‘gang’ kan gaan. Yes we Cancel!