Wat is de tegenpool van klassieke muziek?

Klassieke muziek kennen we van stil zitten op een stoeltje, genietend van complexe abstracte vormen.
De complexiteit van een melodie of een compositie heet de kernwaarde te zijn van ‘de beschaving’ en het is dan ook volslagen ondenkbaar dat een klassiek concert er zo uit zou zien:

wel een klassieker in de hardcore: gorilla biscuits

Daarom is het eigenlijk des te frappanter dat precies in deze hardcore scene de ideetjes boven komen om van bomen burgers te maken. Als klassieke muziek zo beschaafd maakt, waarom zijn de aanhangers van zulke muziek dan bijna altijd dezelfde culturele elite die zich op andere terreinen te buiten gaat aan de genocide? Had Assad moeten leren stagediven?

Het antwoord is: inderdaad. Verbondenheid, dood, risico. De dood nabij hebben. De dood opzoeken. Angst overwinnen. Dat allemaal is van hogere beschavingswaarde dan het passief genieten van een complex spinsel.

Dit publiek is ook een uitermate complex spinsel. En onze klassen zitten vol zeg ik tegen de jaloerse boekjattende paapjes die hier als vaste prik meelezen:

Complex gewriemel…met een stem voor native americans

Hoe heerlijk is het al dit complexe gewriemel aan te zien na die ijzingwekkende ‘coronatijd’? En ik kan uit ervaring vertellen dat het uitermate complex is om zonder blauwe plekken van zo’n concert terug te komen, en wat je hier boven ziet is ronduit gevaarlijk: het is een wonder dat tijdens dit concert geen doden vielen. Maar je komt thuis met één gevoel: godverdomme, ik lééf!

En dat is dus juist het idee. Verbondenheid, eenheid, energie. Dat vereist een andere houding ten opzichte van de dood. Dat de melodietjes eenvoudig zijn is verder zeker waar. De complexiteit bij
deze concerten is een andere.

Dat die complexiteit een minderwaardige is – gezichtspunt van sommige lieden – ik zou dat eerder om willen draaien: juist stagediven zou op scholen vaste prik moeten zijn van het lespakket. Hadden we maar leiders gehad die weten hoe ze moeten stagediven.

En ja hoor, ik kan erg genieten van Rachmaninov op zijn tijd. Maar minder kan ik genieten van mensapen die menen dat hun brouwsels ronduit superieur zijn boven de brouwsels van de natuur, in welk opzicht ook. Dat superioriteitscomplex is de meest vervelende verkramping waar de natuur tot in staat is, dat is dan weer wél waar.

Martijn Benders has published twenty-six books, eighteen of which are in Dutch. He has been named one of the greatest talents of his time by critics like Komrij and Gerbrandy. He has also written three philosophical works, one of which is in English about the Amanita Muscaria, the Fly Agaric. Publishing on the international stage of The Philosophical Salon, he has also gained international recognition as one of the most remarkable thinkers from the Netherlands.